januari 2012 (512)

W. Oldenburg besteedt aandacht aan het noodlot van de bemanning van de Modjokerto. Dit vrachtschip van de Koninklijke Rotterdamsche Lloyd werd op 28 januari 1942 door een Japanse onderzeeboot tot zinken gebracht. De bemanning werd door de Japanse marine opgepikt en op Zuid-Celebes aan land gezet. De ramp hadden ze overleefd, maar helaas werden ze op 24 maart allemaal onthoofd. Oldenburg noemt de namen van de slachtoffers, zowel de Nederlanders als de twintig Chinese twee Indonesischebemanningsleden. De meeste staan op een monument aan de Calandstraat in Rotterdam.

Dit nummer van Terugblik ’40-’45 bevat het tweede deel van een reisverslag van Jac. J. Baart over de plaats waar de Tweede Wereldoorlog op 1 september 1939 feitelijk begon: de Westerplatte in Gdansk, Danzig. Het eerste deel verscheen in nummer 511 van december 2011.

april 2011 (504)

Zeer veel Nederlanders hebben korte of langere tijd in Duitsland gewerkt. R.E. Taselaar beschrijft aan de hand van de ervaringen van dhr. C. Th. Ruijter en met behulp van een poststuk en foto’s enige aspecten van het leven in kamp Tirpitz bij Bremen. De mannen waren werkzaam bij DeSchiMAG (Deutsche Schiff- und Maschinenbau AG).

Begin 2002 kon de Amerikaan Rudy Appel van de Duitse overheid ca. DM. 1000 Wiedergutmachungsgeld te krijgen. Alleen moest hij wel aantonen, dat hij op 10 mei 1940 in Nederland woonde. Een neef van zijn vrouw nam contact op met het Erasmiaans Gymnasium in Rotterdam en kreeg daar te horen, dat Rudy Appel in de Holocaust was omgekomen en dat zijn naam voorkomt op een lijst van (ex-)leerlingen die ieder jaar op 4 mei worden herdacht. Rudy Appel schrijft, met hulp van Willem Oldenburg, hoe dit zo heeft kunnen gebeuren.

Verder in dit nummer het tweede deel van het artikel van L.C. Smit over korporaal Huibert Breitenbach, één van de eerste oorlogsgewonden op 10 mei 1940.

In een korte bijdrage beschrijft Jac. J. Baart enige monumenten in Moermansk