Vanuit zijn huidige woonplaats Oosterhout reageert Cooymans blij verrast op het nieuws dat de bunker in de achtertuin van de vroegere dokterswoning is teruggevonden. De schuilkelder redde aan het einde van de oorlog levens. Eigenlijk precies zoals de dokter had voorzien. "Mijn vader studeerde in 1933 in Berlijn. Hij wilde internist worden. Maar na het afbranden van de Rijksdag ,is hij dat jaar teruggekeerd. Hij voorzag dat er oorlog zou komen. Zijn studie heeft hij na de oorlog pas afgerond."

Al vrij snel nadat het gezin Cooymans zich in Sint-Oedenrode vestigde, nam de oorlogsdreiging toe. Dat was het moment waarop de dokter besloot in de achtertuin een bunker te bouwen.

Maar hele­maal afgebouwd is-ie volgens Peter Cooymans nooit. "Er zit geen licht en water in. Er zou een gepantserde stalen deur in komen. Maar aan dat staal kon mijn vader niet meer komen." Veel nut had de kelder aanvankelijk niet. Na de capitulatie van Nederland in 1940 werden Duitse soldaten ingekwartierd in de tuin bij het doktershuis. "Die mannen waren best wel aardig. De kelder had eigenlijk op dat moment geen functie. Mijn zusje en ik gebruikten hem om in te spelen of kikkers te vangen."

Maar dat veranderde, gaandeweg de bezetting. Dokter Cooymans was bij de ondergrondse en de kelder werd herhaaldelijk gebruikt als tijdelijk onderdak voor gestrande geallieerde piloten. Vanaf dat moment moest de kelder geheim blijven. Zeker met de Duitsers op letterlijk een steenworp afstand.

Echt van levensbelang werd de bunker in 1944 tijdens de slag om de Hambrug. Cooymans kan zich die tijd nog heel goed herinneren, al was hij toen pas vijf jaar. " We zaten voor mijn gevoel wel een week continu in die kelder. Niet alleen wij, maar ook de buren en andere kennissen. We zaten met wel twintig of vijfentwintig man in die bunker van pak ‘m beet twee bij drie meter."

Allen overleefden de oorlog. Het gezin Cooymans verhuisde met­een na de bevrijding naar Vught. Het huis werd verkocht aan de volgende dorpsarts. De bunker werd afgedekt en raakte in de vergetelheid. Totdat Floris Postmes (16) vorige week met zijn metaaldetector ging rondsnuffelen in de tuin van zijn ouderlijk huis. Hij daalde zelf af in de bunker. Meer dan een paar lege flessen, een olielampje, wat apothekerspotjes en een fraaie kruik van aardewerk leverde dat niet op. Volgens dorpshistoricus Wim van Rooij is de bunker de enige in zijn soort in Sint-Oedenrode.
bron: www.brabantsdagblad.nl