Bij de zes gaat het om de oud-SS’ers Dirk Hoogendam (80), Heinrich Boere (80), Klaas Carel Faber (81), Herbertus Bikker (87), Siert Bruins (80) en Toon Soeteboer (83). De nazi’s, van wie velen met een noordelijke achtergrond, werden na de oorlog wegens hun wandaden tot levenslang veroordeeld. Door uit gevangenschap naar Duitsland te vluchten, ontliepen ze hun gerechte straf. Donner maakt gebruik van een nieuw Europees verdrag door Duitsland te vragen de levenslange veroordelingen over te nemen. Uitlevering is wegens de Duitse nationaliteit van de zes niet mogelijk. Siert Bruins, het Beest van Appingedam, ontspringt sowieso de dans omdat hij in Duitsland in de jaren tachtig al wegens medeplichtigheid aan moord op twee joodse broers zeven jaar vastzat.