Mijn naam is Trudy Beckers, geboren te Heer. Dit was een zelfstandig dorp, later geannexeerd door Maastricht. Momenteel woon ik in Berg en Terblijt, vaak onbekend totdat men verwijst naar de finish van de Amstel Gold Race.

Mijn vrijwilligerswerk op het ‘Amerikaans Kerkhof Margraten’… hoe ben ik hier terecht gekomen?

Als ik terugkijk, denk ik dat de jeugd vroeger meer dorps- en streekgebonden was. Ik ook, maar ik was vrij jong lid geworden van Scouting en van jeugdlid doorgegroeid naar staflid en groepsbegeleider. Na eerst deelname aan kleinere internationale bijeenkomsten en trainingen, werd het de Wereld Jamboree en dat smaakte naar meer nationaal en internationaal werk.

Hier is mijns inziens de kiem gelegd voor het internationaal zelfstandig kunnen werken en reizen, met een grote diversiteit aan doelgroepen en je werd steeds nieuwsgieriger naar meer.
Een van de jaarlijkse regiogebeurtenissen was de Margraten Memorialtocht. Voor die tijden een enorme happening waaraan diverse verenigingen, individuele wandelaars en militairen deelnamen. Het was een eerbetoon aan de gesneuvelden op het ‘Amerikaans Kerkhof’, zonder feitelijk te beseffen wat het allemaal betekende. Je nam immers deel aan de wandeltocht… aan de achterzijde van het terrein werd het uniform in de plooi getrokken, je werd weer in het gelid gezet en je liep voor langs al die witte kruisjes om aan de andere kant het kerkhof weer te verlaten op weg naar het einddoel van de wandeltocht en de medaille die je daar kreeg.

Het American Battle Monument Cemetery zoals het officieel heet. Maar voor iedereen hier in de buurt ‘het Amerikaans kerkhof’ of ‘het kerkhof in Margraten’… zo logisch voor ons dat we daarmee het Amerikaans kerkhof bedoelen en niet het kerkhof behorende bij de parochiekerk Margraten.

Dat weet toch eigenlijk iedereen..?!

Rondom de nationale bevrijdingsdag in mei of in september, de bevrijding van Zuid-Limburg ging ik er met mijn Scouts heen, je legde de krans, bleef enkele minuten stil… dat hoorde immers zo en dat deed je gewoon.

Je wist wel dat er ‘echt’ mensen begraven waren, maar het verhaal er achter…. ? Het was ons verder nooit verteld en je dacht er verder niet bij na. Behoudens de verhalen die ik toen en (helaas pas veel of te laat) later hoorde van onder andere mijn vader.
Hoeveel kruisjes? Ooit ruim driemaal zoveel? Ook vrouwen? Ereveld? Dat er ook Nazi-Duitse en Russische soldaten begraven waren? Identificatie tot heden?
Op enig moment werd ik door een buurtgenoot die zich ook zeer inspant om de (lokale) WOII geschiedenis en het respect voor veteranen in stand te houden, gevraagd of het niets voor mij was gids te worden ‘op het Amerikaans Kerkhof’. Alweer ruim tien jaren geleden.
Op dat moment zal ik vrij verbaasd gekeken hebben. Wat moet je daar nu (meer) over vertellen dan de invasie die op kaart gezet is, dat er behalve kruisjes ook Davidssterren te zien zijn?
Een enorme vergissing die tot enorm leuk en interessant werk geleid heeft, waarin ik ontzettend veel geleerd heb van heel veel mensen, van de lokale geschiedenis, persoonlijke verhalen en ontmoetingen, ervaringen die eigenlijk zo logisch zijn maar waar je gewoon niet aan denkt.
Confronterend soms, de emoties van mensen bij het zien van alle graven of een specifiek graf van een familielid. Maar ook vaak verbaasd over de onwetendheid van mensen over zaken die zo vanzelfsprekend lijken voor ons, voor mij. Ook van mensen, waaronder docenten, die hier in de buurt wonen en waarvan je verwacht dat men zaken weet.
En dan wordt vaak gezegd dat het de jeugd niet meer interesseert, maar dat bestrijd ik. Ook veel volwassenen waren van veel zaken niet op de hoogte, terwijl de jeugd soms pittige vragen stelde of opmerkingen maakte.
Ja en soms ook, maar gelukkig niet zo vaak, het disrespect en sarcasme van jongeren en volwassenen voor de mens en de geschiedenis die daar begraven ligt en in ere gehouden moet worden. Bewust negatief gedrag of redenerend vanuit de tijd ‘van nu’ en zich niet kunnen voorstellen, wat de aanleiding was voor de Tweede Wereldoorlog en hoe het toen moet zijn geweest.

Dankzij Scouting of gewoon dankzij mezelf, heb ik dit meestal op de goede wijze weten op te pakken en was de feedback positief. Of het nu van begeleiding was of de jeugd zelf.
Een oudere jongere die bewust languit op het gras gaat liggen omdat hij moe is of kauwgum achter op een kruisje plakt, daar ga je vanuit dat de begeleiding ingrijpt. Deed men dat niet, kon ik vrij direct zijn.

Met een rollenspel na een opmerking ‘ja maar dat zou ik nooit doen’ of ‘smerige Pruuse’…. kreeg je ook de stoerdere deelnemers in een groep snel stil. Sterker nog, ineens voelde je een handje in jouw hand of kwam men ‘toevallig’ naast je lopen en kwamen geweldige vragen en opmerkingen naar boven.
Aldus begonnen als gids, enkele keren meegelopen en me ervan bewust geworden dat ik door interesse in met name de lokale WO geschiedenis en de vele verhalen, meer wist dan ik zelf dacht. Maar van het kerkhof wist ik toch maar weinig….Wie had me ooit verteld dat er ook vrouwen begraven liggen en niet alleen mannen? Logisch feitelijk want er waren vrouwelijke chauffeurs, secretaresses en verpleegsters… die kunnen ook sneuvelen! Wie had ooit verteld over de selectieve inzet en behandeling van de Afro-Amerikanen? Wat betekent dat ‘ding’ voor de naam op de Muur van Vermisten? Zag je het feitelijk wel of liep je door?

Je hoorde van je opa dat men er destijds ging werken omdat de Amerikanen beter betaalden en witbrood hadden…
De eerste keer met een groep alleen, ik zag de Nederlandse medewerker heus wel op de achtergrond staan of ik het wel goed deed…, moet toegeven dat het zweet in de handen stond of ik het wel allemaal goed vertelde en alle vragen kon beantwoorden, geen lastige vragen zou krijgen.

Die vuurdoop heb ik goed doorstaan, de feedback was goed en het aantal tours liep op of er bleek zelfs naar mij gevraagd te worden. Je ‘liep’ met plezier, vanwege de interesse van de mensen en hun vragen of verhalen en de tijd werd vaak vergeten.
Het is en was geen commercieel verdienmodel, maar je beloning uit(-te) zich in de stilte aan het einde van de toer, de persoonlijke verhalen, de opmerking die je totaal niet verwachtte.

En tja, wat is er te vertellen tijdens een rondleiding over een kerkhof met 8.301 doden en 2 Muren met namen van vermisten? Niets toch, dat heeft men ons immers ook nooit verteld. “Margraten was er gewoon en hoorde erbij”.
Tot dat je aan die klus begint.. dan wordt het een verslaving en je vertelt de persoonlijke verhalen door die je door de jaren heen hoort van je collegae, van bezoekers, van andere mensen die je door dit werk treft. Je verzamelt allerhande, soms krijg je ook waardevolle zaken uit respect of kopie van onbekende foto’s. Je wordt zelf nieuwsgieriger en onderneemt meer, waar je (erop terugkijkend) al eerder aan had moeten beginnen of waar voor onze generaties eerder aandacht aan besteed had moeten worden.

De herinneringen aan deze gesneuvelden en hun families zijn belangrijk, in welke vorm dan ook. En in hun verlengde de veteranen overal ter wereld die na de Tweede Wereldoorlog nog streden, tot heden, voor hetzelfde doel als toen: vrijheid en respect voor en door iedereen.
Elk werk, elke uitgave, elke auteur, elke vrijwilliger, elke adoptant is belangrijk en verdient gelijke aandacht want je doet het samen voor 1 doel: de herinnering in stand houden en doorgeven.
Dan telt niet alleen de grootte van de krans of lint, het noemen van je naam of je zitplaats tijdens Memorial Day. Of je iemand bent met hoge functie of meerdere titels, een professional of vrijwilliger.
Dan telt met name dat stille bezoek van de (langjarige) adoptant die altijd een bloemetje komt brengen in weer en wind, die je even ziet stil staan of een kruisteken maken. Of het nu de oma is met de rollator of het kleine kind aan haar hand. Het contact dat mogelijk tot stand gekomen is met nabestaanden, het huwelijks- of grafboeket dat uit eerbetoon naar het kerkhof gebracht is.
Het feit dat, als je op de ernaast gelegen Rijksweg rijdt, gewoon niet kunt langsrijden maar even naar binnen moet gaan, op bezoek bij ‘jouw jongens’. Dan telt gewoon het persoonlijke verhaal dat je kunt doorvertellen, waarvan je jezelf misschien ook niet bewust was maar zo logisch is.
Het door Covid niet doorgaan van de herdenking tijdens Memorialday, het stilstaan en stilzijn, de impact van zoveel bloemen en de door de Amerikaanse Scouts geplaatste vlaggetjes… het weerzien met jonge en oude veteranen en anderen… het gebulder van de straaljagers in Missing Man-formation die weer zo snel voorbij zijn… dat je dan ziet dat zoveel mensen aan de achterzijde van het terrein toch komen kijken, toch komen gedenken… het besef dat het om de onbekende mens gaat, levend en in herinnering.
Ondanks dat het vaak toch wel tegenviel, zijn de technische facts & figures meestal wel bekend. Die blijven ook wel in de boeken staan. Maar het zijn de persoonlijke verhalen die herinnerd moeten worden dat dit mensen, mannen en vrouwen, waren die familie achtergelaten hebben richting het onbekende en niet wetende of en in welke staat ze terugkwamen. Weggeplukt uit oa het uitgestrekte Amerika, niet wetende waar ze terecht kwamen. Dat Nederland hetzelfde was als Holland, wiens grootouders mogelijk geemigreerd waren uit Duitsland en men nu tegen Duitsers moest gaan vechten, dorpjes en steden met onuitspreekbare namen niet wetende in welk land ze lagen. Een tijd zonder Cheaptickets om even naar huis te te vliegen, zonder internet en smartphone, zonder tv.

 

In mijn rondleidingen probeerde ik altijd bewust eraan te denken, dat ik niet sprak over ‘Duitsers’ of om hen te veroordelen. Ik was er immers niet bij en heb niet voor keuzes gestaan.
Ik heb hen altijd benoemd als ‘Nazi Duitsers’, waarvan met name de top onvergeeflijke fouten en misbruik gemaakt heeft van mensen en situaties. Net zoals dit elders ook gebeurd zal zijn. Ik ben van mening dat ik, zeker in de grensstreek wonend, onderscheid moet maken.

Ook bij hen zijn er slachtoffers geweest of heeft men weinig keuze gehad omdat de vrijheid van meningsuiting ontbrak of men simpelweg een baan nodig had om de kinderen te voeden. Hoe schuldig kun je een kind vinden dat in die tijd geboren en opgegroeid is, een tijd waarin je je ouders zeker niet tegensprak of een eigen mening (mocht hebben) had?
Bij zo’n situaties kwamen korte rollenspelen van pas!
Bewustwording voor mij waren onder andere de rondleidingen met mensen vanuit Schmidt en andere plaatsen in het Hurtgenwald waar zo extreem gevochten is. Opa’tjes onder de arm, met tranen in de ogen om hun bevrijders te kunnen komen bedanken. Dat hij vertelde over zijn herinnering als ukkie, dat jarenlang de Swastika vlag buiten hing. Daarna het witte laken toen de geallieerden kwamen, dat men blij was… en enkele uren later sloegen de Nazi’s terug en werd zijn moeder doodgeschoten omdat er een witte vlag buiten hing en de Swastikavlag terug moest.
Inderdaad, dat opa’tje was toen ook pas een jaar of 4…..
Dat je je gaat interesseren voor de geschiedenis van het Hurtgenwald, gaat begrijpen waarom er zo weinig over bekend is of men er liever niet over spreekt. Dat je zoveel plekken al bezocht had, maar simpelweg toen niet beseft hebt dat het zo kortbij lag en je er al zoveel van wist.

Een rondleiding met Duitse Hochschulstudenten… je begint aan je verhaal en je realiseert je dat voor hen deze geschiedenis blijkbaar heel onbekend is. Er nog steeds niet (voldoende) over gesproken wordt en je eigenlijk heel basic moet gaan vertellen. Het is toch zo vanzelfsprekend….?!
Rondleidingen met of het zien van militairen op het terrein blijft natuurlijk altijd apart. Altijd even dat moment van reflectie bij het formele moment en de kranslegging… het schoolkind dat uit bravoure voor de andere schoolkinderen gaat vragen of hij mee op de foto kan.
Maar tevens de wetenschap dat deze, soms nog een jongere generatie, ook hun leven riskeren voor de vrijheid van anderen en mogelijk zo eindigen als deze mannen en vrouwen. Vaak kwamen ze als onderdeel van hun training in het ZuidLimburgse of vlak voor een uitzending.

Wat blijft je bij? Zoveel, door de jaren heen!
Het verhaal van de adoptie van een graf door een jong meisje uit Heer. Zij had vriendschap gesloten met de US soldaat, was bij hen geïnterneerd, alvorens hij doorgestuurd werd naar
Remagen waar hij sneuvelde. Door de jaren heen hoor je flarden van het verhaal, maar uit respect is dit altijd binnen de familie gebleven. Des te waardevoller dat ik, jaren later, de originele adoptiedocumenten uit 1946 heb gekregen. Zijn familie heeft er toen voor gekozen om het lichaam terug te halen naar Amerika. De zoektocht om nog familie te vinden, om hen te laten weten dat aan hun jongen gedacht werd na zijn sneuvelen, had helaas geen succes meer.

De diversiteit in bezoekers, scholieren, families, verenigingen als dagje uit. De vragen die gesteld werden, de soms pittige opmerkingen.

Want hoe komt een jeugdige erbij om te vragen of er ook mensen liggen met een Islamitische achtergrond? Dat kan alleen als hij op de juiste wijze begeleid wordt maar ook geinteresseerd is in de samenleving.
Dat je moet vertellen over de inzet van de zwarte Amerikanen, maar ook durven het destijdse en huidige tijdsbeeld te benoemen. Dat het ook moeilijk te snappen is dat er volbloed Indianen liggen, want die dragen toch alleen maar een verentooi?
Als je wijst op enkele gesneuvelden, dat die een gezicht krijgen omdat het mensen waren die uitgebeeld werden in de serie Band of Brothers of Monuments’ Men (ligt George Clooney dan hier?).

 

Dat de aparte lay-out van het kerkhof (in een puntvorm) echt niets te doen heeft met ZuidLimburg en een vlaai-punt!
Dat de meneer die helemaal achteraan, alleen, ligt eigenlijk helemaal niet zo zielig is maar feitelijk heel belangrijk!
Dat men nu nog steeds probeert om ‘onbekende soldaten’ nog steeds te identificeren en een naam te geven en daarmee de familie te laten weten dat ze gevonden zijn. Hoe dan? Dat je dan maar het vergelijk maakt met NCIS en CSI, alleen duurt het iets langer dan 50 minuten!

Dat je na een eigen lange zoektocht familieleden vindt van de door jou geadopteerde soldaat, ‘jouw jongen’. Dat na een briefwisseling blijkt dat men niet wist dat er een oom in Margraten begraven lag. Twee jongens die als baby’s door persoonlijke omstandigheden andere wegen gegaan zijn en zich nooit meer teruggezien hebben. Dat je er achter komt dat je een paar maanden te laat geweest bent om de andere broer te informeren.
Na een veel kortere zoektocht naar familie van ‘mijn andere jongen’, ‘overvallen’ wordt door de mededeling dat de oudste zus en haar familie uit Amerika alsook familie uit Zweden overkomen voor Memorial Day. Dat ze het een teken vond, dat de naam van mijn geboortedorp Heer in het dialect als ‘Hier’ uitgesproken werd, hetgeen haar achternaam was.

De omhelzing door Marco Kroon van dit kleine dappere oudere vrouwtje, de aandacht die ze kreeg zowel tijdens de plechtigheden, maar ook in de kranten in Iowa en NordRheinWestfalen.

Het is toch heel anders als je tussen familie instaat voor een graf of Amerikaanse bezoekers ziet! Dat deze zus (bijna 90) de pastoor nabij Koblenz wilt gaan bedanken omdat hij haar broer een graf gegeven heeft ondanks verbod van de Nazis. Tijdens dit bezoek zelfs de vrouw, destijds een klein meisje, treft die het lichaam van haar broer gevonden heeft. Dat zij en haar familie zich afvraagt hoe ze ontvangen zullen worden? Worden ze niet (meer) gezien als vijanden?

 

Sowieso het besef tijdens deze, soms jarenlange, zoektochten alsook mijn verre reizen dat het zo ongewoon blijkt dat de herinnering zo in leven gehouden wordt. Je vertelt, laat foto’s zien en merkt dan dat men dit niet snapt. Dat er mensen zijn die om een grote diversiteit van redenen, toen en tot heden, een graf adopteren, de gesneuvelden herdenken. Het terrein zo netjes bijgehouden wordt.

Het jochie dat tijdens een rondleiding krampachtig een Zeeman-plastic zak vasthoudt, hierin de vergeelde foto’s van het graf dat door zijn oma geadopteerd was en die nog altijd op de schoorsteen mantel stonden. Na lang aandringen durfde hij deze te laten zien aan de destijdse superintendant mr. Stadler. Dat deze direct met het knulletje meeliep naar het graf… een kinderhandje in een grote-mensen-hand.. een lange man in een donkerblauwe formele jas naast een trots knulletje in spijkerbroek en jack.
Het jochie dat naast me kwam lopen, trots vertellend dat hij veel van deze verhalen van zijn opa gehoord had. Dat was immers de zoon van een zwarte Amerikaanse soldaat die hier gevochten had en met zijn oma getrouwd….. Dat was niet alleen zijn opa, maar ook gewoon mijn oud-straatgenoot, met wie je door de jaren heen opgroeide in een dorpse sfeer en later collegiale sfeer. Veel later pas hoor je de herinneringen van je moeder die een en ander toen bewust meegemaakt heeft. Maar dat deed er toen gewoon niet toe. Je was er meer trots op dat hij lid was van een groot showorkest en je hem kende!
Wat een kleine wereld als je dan met zijn kleinzoon over Margraten wandelt en dit menneke kan en mag zeggen wat hij wilt, de durf heeft dit bespreekbaar te maken.Trots op zijn overgrootvader en opa, die toen zo’n moeilijke tijd doormaakten.

In weer en wind, en felle regen en volle zonneschijn. Dan ga je toch liever shoppen in Maastricht en een biertje op het Vrijthof?
Veel te vroeg moeten opstaan tijdens een werkweek om over een kerkhof te sloffen, met stoffen moderne gymschoentjes door nat gras! Uit de bus en direct naar de toiletruimtes om make-up en haar bij te werken. En dan ook nog, vrijwillig aangewezen, zelf met de kaart zoeken naar bepaalde graven waaraan weer een verhaal vast hing. Maar dan toch… op het eind van de toer, even naar je toe komen en zeggen ‘dankjewel, dat had ik nooit gedacht’.
Het eerbetoon in de vorm van het mica-kruisje dat over het graf van Wilma Vinsant hing.

Dat een veteraan, die rondom Memorial Day altijd een week in Maastricht verbleef, wist te vertellen dat Wilma altijd een kruisje sneed om mee te geven aan herstelde soldaten die terug gingen naar het front.
Natuurlijk, dit kun je samenvatten onder de informele ontmoetingen en vergroten van je kennis. Je eigen conclusie dat je er ‘eigenlijk niets vanaf wist’ toen je met dit werk begon. Of… wist je er toch veel vanaf en was je je dit (nog) niet echt bewust, was het (te) vanzelfsprekend? Moest je erop gewezen worden? Op zaken die eigenlijk zo logisch zijn?
Op sommige momenten het besef dat je te weinig geweten hebt en voor sommige zaken te laat bent met de (uitkomsten van je) zoektocht. Met name foto’s die ik na het overlijden van mijn vader gevonden had en slechts de verhalen over kende, dat een geallieerd vliegtuig achterna gezeten werd door een Nazi-toestel en nabij Heer afgeschoten is. Dat hij dit als kind gezien had.

Maar ook zijn verhalen dat hij, woonachtig in het destijdse Patronaat, samen met opa en Amerikaanse soldaten de restanten soep ging wegbrengen of naar het ziekenhuis reden, destijds ondergebracht in de ‘Voogdij, huize St. Joseph’. Dat hij hen heeft zien wegrijden naar Remagen of terug naar de Ardennen, later de vrachtauto’s met de bodybags terug zag rijden langs hun huis?
Dat je spreekt met naar Canada geëmigreerde familieleden. Waarvan sommigen niet meer terug willen/kunnen komen, omdat ze alleen nog de herinnering hebben aan de bommen die in het nabij gelegen veld vielen bij de bevrijding, dat ze zich alleen nog kan herinneren dat ze onder de tafel schuilden?

De uitdrukking, want onder woorden brengen kan ik het niet, op de gezichten van de veteranen die nog in staat waren deel te nemen aan de 75jarige bevrijdingsfeesten in het zuiden. De verwondering in de ogen dat dit hier nog zo leefde, zo herdacht werd. Hun emoties tijdens het bezoek aan hun gesneuvelde kameraden, hun vermoeidheid versus hun doorzettingsvermogen: opgeven was er niet bij! Alles, tot de laatste minuut, de tickertape parade, het biertje op de Markt, het dansen in Wijck of in Valkenburg! Stevig gearmd op de foto, niet alleen als kameraden maar ook om elkaar letterlijk en figuurlijk te steunen. Hun wil en bereidheid de verhalen te delen met iedereen die naar hen toekwam, hun leeftijdsgenoot die hen kwam danken voor de bevrijding. De herkenning als ze je weer zagen of je hen even hielp.
Zeker heb ik ook genoten van de meer formelere ontmoetingen, bijeenkomsten, lezingen en het kennismaken met mensen die je anders nooit ontmoet zou hebben. Een aanvulling op je mensenkennis hoe om te gaan met mensen en situaties, de herbevestiging dat de mens telt en niet de formaliteit of functie.

Gedeelte grotten St Pietersberg, waar in december 44 nachtmis was alvorens terug naar Ardennen/voorwaarts naar Berlijn.

Dat aandacht en erkenning veel voor mensen kan betekenen, zoals de hand van de destijdse ambassadeur Pete Hoekstra aan de Margratense Scoutingleden tijdens Memorial Day. Hen bedankte voor hun inzet of je herkende en meermaals tijd voor je nam en zelfs koffie haalde. Dat hoge Amerikaanse militairen mee aanpakten en rolstoelen tilden, flesjes water aanreikten of zelfs ‘gewoon’ even goedendag zeiden en hun stoel aanboden… weinigen zeiden iets maar je zag de verwonderde uitdrukking op gezichten. De Rabbi en anderen die alle aandacht aan Nancy Hier-Heline en haar familie gaven.
Kennismaken met leden van Music4Vets en daarmee beseffen, hoe beperkt ook, welke impact militaire inzet zelfs na jaren nog kan hebben op de veteraan en zijn of haar familie.
Het doel samen te bereiken en niemand uit te sluiten, erkenning voor de stille kracht of aanwezigheid. Geen aparte organisaties en mensen die op zichzelf blijven en hun grenzen afschermen, maar moeten werken aan 1 doel: de herinnering in stand houden voor de volgende generaties, uit respect voor de generatie die er dadelijk als ooggetuige niet meer bij kan zijn.
Niet alleen rondom 75 jaar herdenken of een adoptiegraf omdat ‘Margraten’ goed klinkt, ook elders liggen gesneuvelden wiens graf nog niet geadopteerd is.
De herkenning dat je ‘er als gids weer was’, dat je dit zomaar en vrijwillig deed, zonder betaald te krijgen? Of de eigen verbazing waarom men eigenlijk zo positief was… je vertelde toch gewoon het verhaal uit jezelf en de overtuiging dat dit doorgegeven moet worden naar andere generaties? Dat tijd niet telde en als bezoekers vragen stelden, je deze gewoon beantwoordde. En dat je andersom ook van hen leerde!
Enkele maanden geleden besloot ABMC, toch nog onverwacht, de inzet van het team vrijwillige gidsen te beëindigen. Dat er veranderingen zouden komen als gevolg van de komst van het Informatiecentrum leek ons logisch.
Maar weegt de emotie van een persoonlijk verhaal op tegen de digitale wereld? Van koptelefoons en holograms, tegen gedigitaliseerde beelden of afgebakende tijd bij een rondleiding?

 

Het was niet leuk te horen, ik kan het niet anders omschrijven. De noodzaak, ook door ABMC erkend, om te zorgen dat de herinnering niet verloren gaat, was en is overduidelijk. Dat de inzet van vrijwilligers nodig was om aan alle verzoeken zoveel mogelijk te voldoen, ook.
We kunnen dit natuurlijk altijd op persoonlijke titel voortzetten, die hoop werd ook uitgesproken.
Daarbij voedde het je eigen interesse en nieuwsgierigheid. Je hoorde immers regelmatig weer iets nieuws waar je naar op zoek ging of info die je kon delen. Daarnaast gaf het enorme energie, vaak vloog de tijd voorbij. In toptijden, met ons kleine teampje, vaak elk 2 of 3 rondleidingen op een dag.
De periodes rondom de Bevrijdingsdagen, de werkweken, rondom Kerstmis of Memorial Day waren topdagen waarin gekscherend gezegd werd dat we beter een slaapzak konden meenemen en een lunchpakket.
Geregeld kwam het telefoontje dat het ‘weliswaar kort dag was of niet ingepland, maar of je toch….’. Dat deed je dan gewoon, de ene kwam met de fiets, de ander met OV of de auto.
Op de vraag wie er kwam of hoeveel mensen het waren, wist je vaak nog niet het antwoord. Je vertelde het immers eerlijk en uit het hart, dus dat lukte altijd wel.
‘Naar Margraten’ volstond.

Voor de afgelopen jaren wil ik in ieder geval alle bezoekers bedanken die door de jaren heen ‘onze jongens’ bezocht hebben en naar onze verhalen geluisterd hebben.
Met name ook die stille bezoekers, die kwamen herdenken en mogelijk ook zelf kracht eruit haalden. Ik heb in ieder geval van geen enkele minuut spijt gehad en telkens genoten van de interesse en vragen. De verbaasdheid over de geschiedenis die hier al jarenlang begraven ligt, de persoonlijke vragen en soms confrontatie.
Wat mij betreft, ook een woord van dank aan mijn collega-gidsen. Als jongste van het stel, nog niet eens uit hun eigen netwerk, ben ik in het team terecht gekomen. Waar werden ze nu mee opgezadeld en wist die het wel allemaal? Dat alles is behoorlijk meegevallen en ik vond steeds een luisterend oor, veel antwoorden op vragen en heb geleerd door het delen van hun ervaringen.
Het is misschien ‘wishful’ thinking, maar ik hoop van ganser harte (en heb dit ook meermaals uitgesproken) dat al die organisaties en vrijwilligers, professionals en particulieren die zich op hun eigen wijze zo zeer inzetten om de herinnering en respect levend te houden, ooit een enorm samenwerkingsverband en database gaan vormen. Er is zoveel kostbaar materiaal in woord en foto’s dat bewaard moet blijven voor iedereen, daarbij moet men over grenzen en schaduwen heen stappen.
Heb ook, vanuit een ander werkveld, gezien hoe na het overlijden van (groot-)ouders foto’s, dagboeken, herdenkingsmateriaal etc. weggegooid wordt of bij de Kringloop belanden of erger.

Je mag en kunt van niemand verwachten dat zij dezelfde interesse hebben en waarde aan items hechten. Maar feitelijk zou dit ‘ergens’ terecht moeten kunnen komen en vandaar uit de herinnering aan deze mensen, aan de (lokale) geschiedenis bewaard.

Trudy Beckers
Foto’s via Trudy Beckers
Wilt u in contact komen met Trudy?
Email naar trudy_beckers (a) hotmail.com