Het kabinet besloot in 1952 om geen militaire dapperheidsonderscheidingen meer uit te reiken voor heldendaden in de Tweede Wereldoorlog. Dat is daarna ook nooit meer gebeurd, aldus een woordvoerster van Defensie. Maar voor Sosabowski en zijn brigade kan een uitzondering worden gemaakt, omdat koningin Wilhelmina hen in 1946 al eens voordroeg voor de Willemsorde. „Er lag dus een aanvraag van voor 1952”, legt de woordvoerster uit.

Prins Bernhard noemde het in 2004 „ongelooflijk nalatig” dat Sosabowski en zijn mannen geen onderscheiding kregen voor hun aandeel in de bevrijding van Nederland. Volgens de overleden prins hield de Britse generaal Montgomery dat persoonlijk tegen. Montgomery zei na de oorlog dat het mislukken van de Slag om Arnhem gedeeltelijk de schuld van Sosabowski was.

Prins Bernhard, die het ook niet zo goed met Montgomery kon vinden, vond het „een typisch verschijnsel van Engelse leidinggevende militairen dat zij het bijzonder onaangenaam vinden als iemand bewijst dat zij ongelijk hebben gehad".

Sosabowski was een van degenen die vooraf twijfels had over het welslagen van de dramatisch mislukte Slag om Arnhem.

Sosabowski is tot zijn overlijden in 1967 vaak bij de Airborne Herdenkingen in Oosterbeek geweest en daar veelvuldig mondeling geëerd.

Zijn nabestaanden krijgen voor hem persoonlijk uit handen van koningin Beatrix een Bronzen Leeuw, na de Willemsorde de hoogste Nederlandse onderscheiding voor dapper militair gedrag.

Bron: www.refdag.nl