De stoet zou anders te groot worden. Op de tribunes zouden nog wel plaatsen beschikbaar zijn om de parade te zien voorbijtrekken, kregen zij per brief te verstaan van het Nationaal Comité Herdenking Capitulatie (NCHC).

De Indiëveteranen Henk de Jong in Sprang-Capelle en Peet van Ham in Made zijn meteen in de pen geklommen en hebben een protestbrief gezonden aan het NCHC. „Waar zijn jullie mee bezig”, schreven zij het comité. „Wij zijn verbaasd, verbijsterd en tot diep in ons hart getroffen. Wij voelen ons gedegradeerd en mogen nog slechts een plaatsje innemen op de tribune.” Beiden dienden bij de marine en waren kort na de Tweede Wereldoorlog betrokken bij de politionele acties in Nederlands-Indië.

Ook Teun de Roon uit ’s Gravenmoer, eveneens een oudgediende in het Indiëkorps, vindt de handelwijze van het bevrijdingscomité in Wageningen respectloos. Oud-Sprang-Capellenaar De Roon was bij de landmacht en is wel uitgenodigd voor het defilé, maar dat defilé wordt op 27 juni gehouden in Den Haag.

De Jong zegt veel reacties te hebben gekregen van mensen die met hem in Indië hebben gestreden en zich miskend voelen door de mededeling van het bevrijdingscomité.

Coördinator Henk Snijder van het NCHC verheelt niet uit het hele land een stroom van boze reacties te hebben ontvangen van Indiëveteranen. Volgens hem was het aantal aanmeldingen voor het komende defilé echter dermate groot dat er moest worden ingegrepen.

„Aanmeldingen kwamen binnen via het maandblad voor veteranen Checkpoint en via de bonden. Eveneens meldden zich velen individueel en vaak zelfs dubbel. Defensie stelde als regel: alleen de eerste 250 veteranen die zich opgeven voor het defilé laten meemarcheren of meerijden. Er is niet gekeken naar de leeftijd van de deelnemers. In de optocht rijden nog dikwijls oud-strijders mee van negentig jaar en ouder.”

Het aanstaande defilé moest volgens hem beslist worden ingekort. „Vorig jaar waren er 2000 deelnemers en 100.000 toeschouwers. Het was één groot festival. Het aantal deelnemers is nu teruggebracht tot maximaal 1200. We hadden toen, om maar iets te noemen, in de hele parade twintig orkesten, nu tien.”

Henk de Jong betitelt de gang van zaken bij het NCHC als raadselachtig en uiterst chaotisch. „Elk jaar vallen er Indiëgangers af vanwege hun leeftijd of doordat ze zijn overleden. En nu zijn er voor het defilé ineens veel meer. Hoe kan dat? Opmerkelijk is ook dat bijvoorbeeld Jos de Veer in Vlijmen zonder zich te hebben aangemeld een uitnodiging kreeg voor het defilé. Zelfs, vertelde hij me, met een ticket vrij vervoer voor twee personen erbij.”

Zo’n 1200 Indiëgangers vallen voor het eerst buiten de boot bij het houden van de traditionele bevrijdingsmars. De Jong: „Er wordt met ons een spel gespeeld. Ongeveer 6200 Nederlanders lieten in de periode 1945-1950 het leven in Indonesië. Wij streden voor het vaderland. En nu krijgen we nog een trap na.”

De Jongs vrouw toont het kostuum dat hij altijd aan had bij de defilés. Een sierlijk blauw jasje met embleem, bijpassende stropdas en grijze broek. Maar dat kostuum blijft nu in de kast.
bron: www.reformatorischdagblad.nl