Ruim een halve eeuw later zeggen de Serviërs dat het gras in Jasenovac sneller groeit dan waar ook op de Balkan, omdat er een miljoen lichamen in de aarde liggen. Maar de Kroaten, die tijdens de oorlog het kamp bestierden, betitelen dat als ,,Servische propaganda”. Volgens hen hield de teller op bij 60.000, en dat waren grotendeels Servische Çetniks.
Vandaag is er van het kamp weinig meer over. Er is een monument voor de doden en een klein museum, maar de barakken zijn verdwenen. Slechts de trein die de gevangenen aanvoerde, staat nog bij de ingang. Jasenovac is geen schim van Auschwitz, dat werd getransformeerd in een wereldmuseum van nazi-misdaden. Weinigen betwisten nog dat Jasenovac een oord van verschrikkingen was. De slachting van Joden, zigeuners en Serviërs was er zo barbaars, dat zelfs de nazi’s er bezwaar tegen maakten. Maar hoeveel mensen er in Jasenovac – en elders op de Balkan – werden vermoord, blijft duister.
De Friedrich Neumann Stichting besloot vier jaar geleden dat de tijd gekomen was om het mysterie te ontrafelen. De stichting rekruteerde in Belgrado en Zagreb twintig historici, en bracht hen in het Hongaarse Pec bijeen. Doel: overeenstemming te bereiken over wat zich tijdens de Tweede Wereldoorlog had afgespeeld.
Dr. Moma Pavlovic, ??n van de Servische historici, was aanvankelijk enthousiast over het project. ,,Een van de redenen voor de oorlog in 1991 was, dat Serviërs en Kroaten geen eensluidende lezing hadden over de geschiedenis”, zegt hij, ,,Dat stelde extremisten aan beide zijden in staat, de geschiedenis op een onverantwoordelijke wijze te interpreteren, zodat er een klimaat van oorlog ontstond”.
Overhemd
Maar zeven conferenties later heeft Pavlovic alle moed opgegeven dat er nog iets constructiefs uit de zittingen komt. ,,Als we bijeenkomen, zingen wij Dalmatische liederen en de Kroaten Çetnik-songs”, zegt Pavlovic. ,,De sfeer is goed, maar de historische uitgangspunten zijn fout. De geschiedenis is als een overhemd. Als je de eerste knoop verkeerd hebt gedaan, moet je het hele overhemd weer losknopen, en opnieuw beginnen. Ik zie dat niet meer gebeuren.”
Voor de Kroatische historici was het fascistische Ustashe-regime een stap op weg naar de onafhankelijkheid, die zij uiteindelijk in 1991 verwierven. ,,Zij zeiden vanaf het begin dat Joegoslavië een gevangenis was voor de niet-Servische naties. Maar dat was een uitgangspunt dat wij, Serviërs, absoluut verwierpen.”
Pavlovic erkent dat ook de Serviërs met de cijfers hebben geknoeid. ,,Iedere natie heeft de neiging zijn burgerverliezen te overdrijven”, zegt hij. ,,Bij ons staat het geallieerde bombardement van Leskovic op 6 september 1944 te boek als een misdaad die aan duizenden burgers het leven kostte. Afhankelijk van welk handboek je opslaat, varieert het dodental van drieduizend tot zevenduizend. Maar toen ik er ter plekke een onderzoek naar deed, kwam ik tot een veel lager cijfer. Ik consulteerde de kerkelijke archieven en telde de graven, maar kwam niet verder dan 819 doden.”
Herstelbetalingen
Een van de problemen waarop de historici stuitten, was dat veel van de archieven verdwenen zijn. Jasenovac werd door de partizanen gebombardeerd, en na de oorlog kon een halve eeuw lang niemand het cijfer van maarschalk Tito aanvechten. Tito stelde het totale aantal slachtoffers in het land op 1,7 miljoen, van wie een miljoen alleen al in Jasenovac was omgekomen. Maar vrijwel zeker had hij de cijfers opgeschroefd, om hogere herstelbetalingen te kunnen bedingen.
Pavlovic gelooft het cijfer van Tito niet, maar evenmin dat van de latere Kroatische leider Tudjman, die claimde dat Jasenovac ‘slechts’ 60.000 levens had geëist. Afgaande op de kerkelijke archieven kom je op een totaal van 300.000”, zegt hij. ,,Maar veel Servisch-Orthodoxe kerken waren na de oorlog vernietigd, zodat het cijfer hoger moet zijn.”
Maar zelfs 300.000 kan in Kroatië niet worden genoemd, meent Pavlovic. ,,Als onze Kroatische collega’s dat cijfer zouden accepteren, zouden ze in eigen land als anti-Kroatisch worden beschouwd.”(10 mei 2002)