Als 12-jarige jongen speelde Rien Paijmans in de grachten rond de gijzelaarsgevangenis in het voormalige groot seminarie in Haaren. Hoewel, spelen was het niet echt.
Paijmans en zijn vriend zwaaiden wel naar de gevangenen, maar als de wacht eraan kwam, moesten ze dekking zoeken. "Een wonder dat de hond ons nooit verraden heeft. Thuis hebben we er maar niks over gezegd."
Nu, 63 jaar later, kan Paijmans de gevangenis nog steeds niet loslaten. De afgelopen zeven jaar deed hij onderzoek naar wat er zich in de Tweede Wereldoorlog heeft afgespeeld.
Hij ontdekte dat Haarendael, zoals het complex nu heet, niet alleen een gijzelaarsgevangenis was, maar dat er na januari 1943 ook 3104 niet-gijzelaars gevangenen zaten in ‘Lager Haaren: Polizei- und Untersuchungsgefängnis’.

"In Haaren zaten echte topmannen als Frits Philips, Fokker-directeur Van Tijen, Wim Tjeenk Willink en de latere PvdA-topman Koos Vorrink. Dat ben ik te weten gekomen door twee boeken naast elkaar te leggen: het cellenboek dat door de Amersfoortse gevangene De Koning werd bijgehouden, en dagboeken van Indonesische gijzelaars. Door tijdstippen en data te vergelijken, kwam ik er achter dat er 123 mensen onder een andere naam ingeschreven zijn geweest. De Duitse geheime dienst die het
kamp runde, heeft dit goed verborgen weten te houden."

Dat is ook de reden dat veel mensen nu nog altijd niet weten wat er in het kamp is gebeurd.
"Haaren was nationaal en internationaal een erg belangrijke plek. Zeven jaar geleden hebben oud-gevangenen hier de gedenkplaats 1940-1945 geopend, maar eigenlijk wisten ze niet wat ze moesten gedenken. Over geheime diensten wil bijna niemand iets zeggen. Je hebt ze nu namelijk nog steeds. Ook een enquêtecommissie van de Tweede Kamer heeft er weinig over gemeld. Het is doelbewust achtergehouden informatie."

Bovendien doen er diverse foute vertellingen de ronde, weet Paijmans.
"Er wordt altijd gezegd dat Jan Campert in Vught gevangen zat. Dat klopt niet, in die tijd was kamp Vught nog niet open. Campert zat ook in Haaren."
Waarom de Duitsers van Haarendael een onderzoeksgevangenis maakten, is volgens Paijmans eenvoudig te verklaren.
"Ze hadden hier toch al een grote gevangenis met veel cellen. Hij lag geïsoleerd en was daardoor volkomen geheim. Op de begane grond en de eerste verdieping zaten de gijzelaars. Vanaf ’43 werden de gevangenen op de tweede verdieping, ver weg, in cellen gedaan. De eerste gijzelaars, die bijvoorbeeld werden opgepakt als represaille voor Duitsers die door Nederlanders in Indië waren aangehouden, werden verplaatst naar Beekvliet in Gestel, of vrijgelaten."

Paijmans digitaliseerde zijn archief en heeft nu bijna 650 pagina’s aan chronologische gegevens over de dagelijkse gang van zaken op Haarendael. Wie er binnenkwam, waarom, en wat er wanneer met de gevangene gebeurde.
"Op 12 mei 1942, om 14.00 uur kwam de eerste hier binnen", laat Paijmans de handgeschreven inschrijvingen zien. "Later kwamen er nog tweehonderd joden die werden doorgevoerd naar Amersfoort of Westerbork. En agenten van het ‘Englandspiel’ en het ‘Hannibalspiel’. Dat waren Nederlanders die
vanuit Engeland hier gedropt werden om te spioneren. De Duitse geheime dienst wist niet dat het Nederlanders waren, maar speelde met die informatie door hen een Engelse naam te geven."
De dood hebben maar enkele mensen gevonden in Lager Haaren.
Wel is bekend dat honderden oud-gevangenen elders zijn omgekomen, onder meer in Vught.
Paijmans: "Echt gruwelijke praktijken hebben zich hier niet voorgedaan. Er is overigens ook een aantal mannen ontsnapt. Knap, want er waren overal posten."
Paijmans werkte al eens mee aan een boek over Haaren in oorlogstijd en schreef er zelf ook ??n.
De nieuwe informatie vraagt eigenlijk om een nieuw boek. "Maar er is geen beginnen aan. Iedere dag kom ik weer nieuwe dingen tegen. Bovendien heb ik het eeuwige leven ook niet. Zie maar eens iemand te vinden om dit aan over te dragen."

bron: www.brabantsdagblad.nl