In de Koninklijke Schouwburg in Den Haag zetelde het nazistische Deutsches Theater in den Niederlanden. De Duitsers gaven exorbitante bedragen aan dat gezelschap, getuige de offertes die in de vitrine hangen. Op een fragment uit het Polygoonjournaal is te zien hoe Goebbels met veel egards wordt ontvangen op de openingsavond van het theater. Een groter contrast met het bouwvallige Joods theater waar joodse artiesten vanaf juni 1941 naar toe werden verbannen, en waar foto?s van zijn te zien, is niet denkbaar. Maar juist daar werd het meest professionele cabaret van het land ontwikkeld. In het Krijgsgevangenenkamp Stanislau in Polen, maakten de Nederlandse officieren amateurtheater op hoog niveau. Affiches, decorstukken, kostuums, alles maakten ze zelf.
Ko van Dijk
En dan is er een vitrine gewijd aan Vondelstraat 19 in Amsterdam. Er hangen sc?nefoto?s van Ko van Dijk, die overigens in 1942 wel had getekend voor de Kultuurkamer. Samen met zijn vrouw Elly van Stekelenburg maakte hij voorstellingen in de achterkamer. Het publiek betaalde met sigaretten, blikken bruine bonen, zuurkool of drank.
Aan elk van de zes speelplekken is steeds een persoon uit de Nederlandse theaterwereld gekoppeld. Het contrast tussen het fascisme dat als een zwarte wolk boven Europa hangt, de opgewekte liedjes en het volharden in het spel is schrijnend en diep ontroerend tegelijkertijd. Op de website van het Theater Instituut staan verschillende artikelen over toneel in oorlogstijd.
Theater in de Tweede Wereldoorlog, tot 9 januari 2006. Theatermuseum, Herengracht 168 Amsterdam. Ma t/m vr 11.00 – 17.00 uur, za en zo 13.00 – 17.00 uur. Informatie: http://www.tin.nl.
Bron: Brabants Dagblad