Op 5 mei wordt het naar Ede en Wageningen gebracht en van daaruit verspreid over alle provincies. Jonge Eindhovense sporters halen het vuur in september op in Bayeux. Dat was destijds, na de invasie op de Normandische stranden, het eerste Franse stadje dat in handen viel van de geallieerden.

Die traditie, om daar het vrijheidsvuur op te halen, startte al meteen in 1945, een jaar nadat Eindhoven door de Amerikanen en Engelsen was bevrijd tijdens de opmars naar Arnhem in het kader van de operatie Market Garden. Sindsdien is het ophalen van het vuur en de ontsteking van de fakkel op het Stadhuisplein zonder onderbreking elk jaar een van de hoogtepunten van de Eindhovense bevrijdingsherdenking.

Ornamenten en lichtprojecten

Een ander hoogtepunt is ongetwijfeld de zogenoemde Lichtjesroute. Op een traject van 25 kilometer door grote delen van de stad zijn ’s avonds van 18 september tot en met 10 oktober ruim 750 ornamenten en lichtprojecten te zien. Ze hangen onder meer aan huizen en lantaarnpalen. Op een aantal plekken zijn plantsoenen ook met duizenden lampjes verlicht.

Eindhoven is voor zover bekend de enige stad die de afgelopen zestig jaar zonder onderbreking de bevrijding op een dergelijke wijze heeft herdacht. Dat gebeurt dit jaar in verband met het kroonjaar met nog meer evenementen dan gebruikelijk. Ook in de gemeenten in de regio zijn talloze festiviteiten. Hoewel de herdenking van de bevrijding in 1944 nog steeds een belangrijke rol speelt, is het accent de afgelopen jaren duidelijk verschoven naar het vieren van de vrijheid in het algemeen.

Bron: Brabants Dagblad