Dat zei Johan Snapper vorig jaar oktober tijdens een ceremonie in de Tuin van de Rechtvaardigen in Jeruzalem. Zijn ouders kregen die dag postuum de eretitel ”rechtvaardige onder de volkeren” toegekend.
Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog wonen Hein en Martha Snapper met hun zes jonge kinderen in Naaldwijk. Hein wordt actief in het verzet. In 1942 helpen hij en zijn vrouw de Joodse familie De Hartog uit Rotterdam. De Snappers nemen moeder Rosa de Hartog in dienst als huishoudster. Zij blijft gedurende de rest van de oorlog bij het gezin.
Voor vader Levy (Leen) en de kinderen Annie, Esther, Jacques, Salomon en Truus de Hartog regelt Snapper elders onderdak. Tijdens de onderduikperiode zorgt hij ervoor dat Leen en Truus op een dag in het geheim een aantal uren met Rosa in de Naaldwijkse woning kunnen doorbrengen. Truus, en later ook Annie, komen bovendien regelmatig bij de Snappers eten. In de winter van 1944 worden Duitse soldaten in de woning van Snapper ingekwartierd. De ware identiteit van de Joodse huishoudster blijft al die tijd verborgen.
„Als gevolg van de inspanningen van Hein en Martha Snapper overleefden alle leden van het gezin De Hartog in hun verschillende schuilplaatsen de oorlog”, stelt Yad Vashem in een verklaring vanwege de uitreiking van de onderscheiding rechtvaardige onder de volkeren. In aanwezigheid van onder anderen twee kinderen De Hartog en vijf kinderen Snapper, die tegenwoordig allemaal in de Verenigde Staten wonen, worden in oktober 2007 tijdens een „emotionele bijeenkomst” de namen van Hein en Martha Snapper op de Muur van de Rechtvaardigen in de tuin van Yad Vashem onthuld.
Namens de familie De Hartog voert Truus tijdens de plechtigheid het woord. „Hij die een mens redt is als hij die een hele wereld redt. Dat is wat mijn ouders altijd speciaal over de Snappers hebben gezegd.”