Niet lang geleden kreeg ik van mijn moeder een bon. Niet een uit de oorlog, maar
van net erna. Dat er schoenen voor mij mochten worden gekocht, stond erop.
Kennelijk waren die rond 1950 nog schaars.

Lange tijd bekeek ik het groene papiertje. Voor het eerst besefte ik – geboren
in 1949 – dat de oorlog vlak langs me heen is gezoefd. Ik herinnerde me dat ik
als elfjarige langs de Maas in Reuver met vriendjes in echte loopgraven speelde
en dat we volop kogelhulzen vonden. En dat een lang gezicht aan tafel door
ouders steevast werd afgestraft met opmerkingen dat je in de oorlog blij geweest
zou zijn met spruitjes of witlof. Het maakte geen indruk. ?Wacht maar tot het
weer oorlog wordt? klonk minder

dreigend dan ?pas maar op dat Zwarte Piet het niet ziet?. Zelfs boeken over de
oorlog waren eerder spannend dan angstaanjagend. Pas toen ik Auschwitz bezocht –
inmiddels volwassen- stokte de adem me in de keel. Sindsdien heeft de Tweede
Wereldoorlog alle vrijblijvendheid verloren.

Wat is vrijheid, wat is vrede? Op het Regionaal Opleidingen Centrum (ROC) in
Tilburg vertellen acht jongeren van 16 tot 19 jaar over de Tweede Wereldoorlog.
Zeven van hen willen onderwijsassistent worden, eentje wil in het
sociaal-cultureel werk. Zes hebben het dagboek van Anne Frank gelezen en dat
heeft indruk gemaakt.

?Dat je nooit naar buiten kan?, verzucht Myrna Elshout. En Youssef Elmarouani:
?Heel het leven maken ze alleen maar op die zolder mee. Erger nog, het feit dat
ze leven hangt af van het vertrouwen op anderen.? Youssef heeft op zijn vorige
school in Breda een werkstuk gemaakt over de oorlog. ?Ik interviewde een joodse
mevrouw die gevangen had gezeten. Stel je voor dat zoiets nu weer zou gebeuren,
vroeg ik me af.? Ook herinnert hij zich dat de geschiedenisleraar hen eens heeft
rondgeleid in Breda en uitgelegd hoe de stad in 1944 bevrijd werd.

?Er zouden meer doe-lessen over de oorlog moeten zijn?, vindt klasgenoot Hugo
Stam, ?en ook een computerspel waarop je kunt doorklikken als je meer wilt
weten.? Marloes Quirijnen heeft ooit een computerspel gedaan over Anne Frank. Ze
raakte in de oorlog ge?nteresseerd omdat ze vlakbij vliegbasis Gilze-Rijen woont
en op die terreinen speelde. ?Dan zaten we over de oorlog te fantaseren?,
herinnert zij zich. ?Dus wilde ik via dat computerspel meer over Anne Frank en
de oorlog weten en ik wilde ook naar Auschwitz, maar dat vonden mijn ouders niet
goed. Wel zijn we toen naar een begraafplaats in Zuid-Limburg geweest. Daar kwam
op een gegeven moment een man naar buiten die op een trompet begon te spelen.?

Discriminatie

?Als ik foto?s van Auschwitz zie, dan moet ik altijd huilen?, zegt Sanne Bogers
naast haar.

?Zou zoiets nog kunnen gebeuren??, vraag docent Willemien Van Heugten. De
aanslagen van onlangs hebben sommigen wel aan het schrikken gebracht. ?Ik denk
dat het niet voorkomen kan worden?, zegt Hugo. Maar Ilva Embregts denkt van wel:
?Zo dom zijn we niet meer.?

Sanne vreest dat discriminatie een reden tot oorlog kan zijn. Ilva: ?Iemand die
discrimineert, kijkt niet verder dan zijn neus lang is.? Evelien: ?Er bestaan
veel vooroordelen. Ik was op een Turk. Zei een vriend van mij: ?Een Turk, dat
kan toch niet!? Maar dat kan wel.?

Een vriendin die ook voor onderwijsassistente leert, was met nog een ander
meisje ingedeeld om stage te doen op een asielzoekersschool. Maar die vriendin
die wilde niet omdat het een asielzoekersschool was, terwijl hun vriendin het er
fantastisch vindt.

Ilva denkt dat niemand in de wereld voor honderd procent tevreden te stellen is,
maar dat je er door praten uit moet komen: ?Iets wat je nooit moet doen is
onderdrukken. Dan ben je er zo makkelijk van af.?

?Bevrijdingsdag moet gevierd blijven worden?, vindt Ruben van den Berg. De
anderen beamen dat luidruchtig. Er moet in de wereld een centrale dag komen
waarop iedereen over dit soort zaken nadenkt. En op school moet het meer
aandacht krijgen. Als onderwijsassistent op stage maken ze mee dat buitenlandse
kinderen niet wordt duidelijk gemaakt wat 4 en 5 mei betekent. ?De ouders moeten
er thuis over vertellen?, vindt Marloes.

Veel mensen van de generatie net na de oorlog vonden dat hun ouders minder over
de oorlog moesten vertellen. Maar misschien is het nu weer nodig en wordt de
jeugd uit goede bedoelingen te veel verschrikkelijkheden onthouden.

?

Bron: Brabants Dagblad