Niet weggooien! Erik Somers van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie kan het niet vaak genoeg herhalen. „Voorwerpen, foto’s, dagboeken en ansichtkaarten uit de oorlogsjaren moeten worden bewaard. Alleen door het behoud daarvan kunnen we ons ook in de toekomst een beeld vormen van die periode in de geschiedenis” , zegt Somers.

Maar spullen bewaren die niemand kan zien, is niet leuk. In de archieven en kelders van bijvoorbeeld verzets- en oorlogsmusea, het NIOD en de Anne Frank Stichting zijn al een halve eeuw tienduizenden foto’s en affiches opgeslagen uit de jaren ’40 tot ’45. „Uniek materiaal, dat goed werd bewaard en verzorgd, maar dat daardoor niet toegankelijk was” , aldus staatssecretaris Jet Bussemaker (Welzijn).

Haar ministerie van VWS bedacht het project ’Erfgoed van de oorlog’, om de vervagende herinneringen en beelden aan de bezettingsjaren in stand te houden. Al het fotomateriaal is verzameld en op internet gezet, waar het vanaf vandaag voor iedereen is te zien en te raadplegen. „Een meesterzet” , vindt Bussemaker, die donderdag sprak bij de lancering van de website door prinses Margriet.

Er zijn ruim 175.000 afbeeldingen te vinden. Bij de digitaliseringoperatie zijn veel niet eerder gepubliceerde foto’s ontdekt. Amateurfoto’s van burgers en in Nederland gelegerde Duitse militairen bijvoorbeeld, geven een bijzonder beeld van de oorlogsjaren. Ook de collectie van fotograaf Alphons Hustinx is opgenomen. Zijn 1500 kleurenopnamen zijn onlangs verkregen door het NIOD. Het Rijksmuseum en fotoarchief Spaarnestad voegen hun collecties er binnenkort aan toe. „Maar dat is niet genoeg” , zegt Somers.

Hij roept de Nederlandse bevolking op nog eens goed op zolder te kijken. De beeldbank kan nog tienduizenden unieke foto’s gebruiken, die nu verstoffen in dozen of verkruimelen in fotoalbums. Afstaan hoeft niet, scannen is genoeg. Ook ontbreken bij duizenden opnamen de juiste gegevens. Somers hoopt dat het publiek dat de foto’s bekijkt, reageert en aanvullende informatie geeft bij de afbeeldingen.